‘Toen ik 31 was zijn we naar Gouda gekomen. Daar woon ik nu met mijn vrouw en vier kinderen, in een huis in de Kadebuurt, dat heel erg doet denken aan het huis waar ik ben opgegroeid. Dat staat in de wijk Brunnepe in Kampen. Bij de echte IJssel, zeg ik altijd. 

Regisseur of journalist

Ik ben in 1979 in een Nederlands Gereformeerd gezin geboren, als derde kind. Ik heb twee broers en drie zussen. Mijn vader was regisseur bij de EO. Bij ons thuis had hij ook een montagestudio. Ook de televisiespotjes voor de RPF (een voorloper van de ChristenUnie) kwamen daar vandaan. Ik ging graag met hem mee en zag hoe hij de cameramensen op Jongerendagen en bij Nederland Zingt aanstuurde. Mijn moeder deed vrijwilligerswerk. Ze hielp vaak mensen die ze kende met hun psychische problemen. Die zaten bij ons dagelijks aan de eettafel. Op de middelbare school zat ik veel op de computer te programmeren en heb ik ook video’s van bruiloften en muziekoptreden gemaakt en gemonteerd. Ik herinner me ook dat ik als 16-jarige een excursie heb georganiseerd naar een moskee in Deventer. Ik vind interreligieuze dialoog en wederzijds begrip heel belangrijk. Dat is ook een brugfunctie die ik in de gemeenteraad graag vervul, ook al geloof ik zelf niet meer op die manier. 

Tim in de huiskamer in Kampen tegenover zijn basisschool

Ik was vooral bezig met kanoën en muziek: piano, gitaar, basgitaar, zang. Bach, Chopin maar ook popmuziek en rockmuziek. We gingen vaak naar concerten in 't Ukien in Kampen, Hedon in Zwolle en later ook regelmatig naar Paradiso of de Melkweg in Amsterdam. Toen kon je nog heel eenvoudig kaartjes kopen voor een concert. Dat is nu wel anders. Het was de tijd van de grunge bands als Nirvana en Radiohead. Ik had ook zo’n band. Alanis Morisette, K’s Choice, Tori Amos en Heather Nova speelden we, maar we deden ook eigen songs. Kampen was in die tijd een goede stad om op te groeien. Studeren was niet echt mijn ding. Ik wilde een vak leren, vond wat ik al van mijn vader had geleerd leuk en wilde daarom naar de Filmacademie in Amsterdam. Na twee keer te zijn afgewezen heb ik journalistiek op de Christelijke Hogeschool in Ede gekozen. Na die eerste afwijzing heb ik een tussenjaar genomen. Als ik terugkijk was dat heel belangrijk. Allerlei baantjes, vaak meer dingen op een dag: marktkramen opbouwen, in de kraam bij de poelier, in de slagerij, bij een verzinkerij en als ik thuiskwam ging ik uit. Ik keek ook graag live op tv naar Tweede Kamerdebatten. Wat me toen interesseerde was de opkomst van het paarse kabinet, waarbij alle staatsbedrijven werden geprivatiseerd en partijen als de SP en later LPF met populistische standpunten grote groepen mensen wisten aan te spreken. Ik miste een goede langetermijnvisie op de samenleving, die GroenLinks als een van de weinige partijen bood. Die zomer werkte ik ook als receptionist in een hostel in Eilat en reisde ik door Egypte en Israël. 

Tim Geluk als kind achter de piano

Journalist of analist

Radio- en televisiejournalistiek was een goede keuze. Ik woonde in Wageningen, ontmoette er mijn vrouw Corine, tipte mijn vader dat er een baan als docent Televisiejournalistiek vacant was, liep stage bij Twee Vandaag en kon na vier jaar als freelancer aan de slag bij TV West. Zo kwam ik in Den Haag en later in Gouda terecht. Er volgden nog wat korte banen, maar uiteindelijk heb ik drie jaar lang als pers- en publieksvoorlichter in het Keringhuis, het bezoekerscentrum van de Maeslantkering in Hoek van Holland gewerkt. Vanwege de stijgende zeespiegel en die overstroming van New Orleans gingen de gesprekken en de bezoeken daar echt ergens over. Mijn interesse in videobewerking en computers zorgde in mijn werk als communicatieadviseur ervoor dat ik vaak het meest wist van websites en sociale media. Zo heb ik mezelf steeds meer ontwikkeld tot een online-communicatieadviseur en ben ik nu dus teamleider online monitoring bij Rijkswaterstaat. Het komt erop neer dat we de meningen van mensen op sociale media over wat Rijkswaterstaat doet en zegt volgen en analyseren.

Tim te paard in Egypte

Illusie

Ik kan slecht tegen onrechtvaardigheid, zoals veel GroenLinks-leden en vind het onbegrijpelijk en verschrikkelijk dat het zo ontzettend veel uitmaakt waar je wieg staat. Daar wil ik graag verandering in brengen. Ik heb altijd veel en hard gewerkt. Dat vind ik ook prettig. Tegelijkertijd heb ik alle begrip voor mensen die hun leven op een andere manier willen inrichten. Ik ben een enorme voorstander van een basisinkomen, waarmee je voldoende geld hebt voor een woning, eten en goede zorg. Dat kan gewoon, maar we doen het niet. Onbegrijpelijk. In 2015, bij de invoering van de WMO zijn we meegezogen in een soort liberale illusie. Dat buren elkaar zouden gaan helpen, maar ook dat meer marktwerking in zorg en volkshuisvesting nodig is. Instellingen zijn gesloten omdat bijna iedereen zelfstandig zou kunnen wonen. Zo werkt het niet als er in een straat veel mensen bij elkaar wonen die ondersteuning nodig hebben. Dan vallen er gaten. Het is een komen en gaan van professionals die te vaak langs elkaar heen werken. Het is goed dat we met sociale teams werken die afspreken wie wat oppakt. Eén coach voor een langere periode per gezin namens alle instanties, dat is zo belangrijk! Ik wil ook een gemeente die er voor de mensen is, die op de mensen afgaat. 

Door bijvoorbeeld gericht aan te bellen om energiearmoede op te sporen, helpen we nu al duizenden Goudse huishoudens direct, vaak ook met schuldsanering. We moeten niet achter een loket af zitten wachten of er klanten komen, maar actief op zoek gaan. Kijk ook als gemeenteraad vaker breed naar wat er nodig is en niet naar hoeveel er vanuit een specifiek potje te besteden is. En als je als gemeente je verantwoordelijkheid neemt, ga dan niet uitbesteden of verzelfstandigen, maar doe het zelf en breidt gemeentelijke afdelingen uit als dat nodig is. Ik denk dat de WMO ook een deel van de huidige woningnood heeft veroorzaakt. Als je bejaardenhuizen sluit maken ouderen geen huizen vrij en als er te weinig sociale huurwoningen zijn om al die aandachtgroepen te huisvesten komen deze groepen, maar natuurlijk ook starters massaal in de knel. Ik vind het bizar dat we in Gouda kampen met dakloosheid. Zichtbaar, maar ook vaak verborgen. Mensen die bij kennissen op de bank slapen. Iemand uit Oost-Europa in een tentje langs de A12 in de Noorderhout omdat een uitzendbureau hem uit het beddenhuis heeft gezet toen hij ander werk ging zoeken. Nu het vriest zit de winteropvang bij het Leger des Heils aan de IJssellaan vol. Als we een gastvrije stad willen zijn, moeten we voor iedereen gastvrij zijn! De gemeente is sinds vorig jaar betrokken bij de opvang van 250 Oekraïners op de Blokkerlocatie en 185 asielzoekers op de hotelboot in het Gouwekanaal. In 1914 was er voor 350 Belgen, die gevlucht waren vanwege de Duitse inval, opvang aan de Graaf Florisweg. Dat was voor de asielboot de laatste keer dat we hier georganiseerde noodopvang voor vluchtelingen hadden, dus het is fijn dat we die rol van gastvrije gemeente eindelijk weer kunnen vervullen.

Gezellig

Ik was in Den Haag al actief geworden bij de afdeling, onder meer als campagneleider voor verschillende verkiezingen. Die afdeling was groot en er waren regelmatig hoogoplopende conflicten. Soms over de inhoud, ook over ego’s. In Gouda heb ik me iets meer dan een jaar op ons groeiende gezin geconcentreerd en heb ik een politieke functie vermeden. Tot ik op mijn toenmalig deelkantoor in de Jeruzalemkapel Peterpaul Kloosterman ontmoette. Om zijn enthousiasme kon ik niet heen. De Goudse afdeling bleek zowaar gezellig en dat gaf meer energie dan in Den Haag. Uiteindelijk ben ik hier acht jaar bestuurslid, waarvan vijf of zes jaar voorzitter geweest. 

Tim met zijn gezin

Een jaar voor de laatste verkiezingen werd ik raadslid. Naast Rolf van der Mije en Annemiek Mul kwam ik erin omdat Mohamed Amessas naar een andere plaats verhuisde. De winst in maart 2022 naar vijf zetels heeft veel veranderd. Ik merk dat wij nu naast D66 de partij zijn die de toon zet in de raad. Er wordt naar ons geluisterd. Consistentie in standpunten vanuit het verleden doet ertoe. De SP, die op dit moment geen zetel in de raad heeft, en de Partij van de Dieren zitten nu linksbuiten. Met de twee burgerraadsleden erbij werken we in een team van zeven. Dat is echt luxe al duren de voorgesprekken langer.  We vormen duo’s zodat we elkaar zo nodig kunnen vervangen. Ik concentreer me op de dossiers sociaal domein, economie, toerisme, communicatie en publiekszaken en doe veel met Claire Philips samen. Niet alleen het sociaal domein en de communicatie kan beter, ook onze economie werkt vaak nog ouderwets. Je ziet dat de winkeliers in de Lange Groenendaal stappen maken om eerlijk handel te drijven door circulair en duurzaam te werken. Deze houding zou ik ook graag bij andere winkeliers en bij bijvoorbeeld de productie- en transportbedrijven in Gouda zien. Ik schaam me voor die terrasverwarmingen op de markt en de loeiende generatoren voor de ijsbaan en die enorme koek-en-zopietent. Je kunt toch ook dekentjes uitdelen! Het publiek koopt echt niet minder nu de warmte niet overal meer door wagenwijd openstaande winkeldeuren wegvliegt. Voor mij bewijst het dat gedrag kan veranderen.’

Arnout Menkveld, februari 2023