Wij zijn blij dat het Nederlandse kabinet na maanden immorele passiviteit eindelijk stappen in de goede richting zet, maar vinden dat dit niet ver genoeg gaat. Terwijl artsen in Gaza omvallen, de laatste Palestijnse journalisten niet meer kunnen werken van de honger, kinderen sterven en moeders hun baby’s niet meer kunnen voeden, beperkt onze regering zich tot een paar strenge woorden. Terwijl er geweld wordt gepleegd tegen Palestijnen die zich in nood melden bij voedseldistributie en honger wordt ingezet als oorlogswapen, doet onze regering onvoldoende om de genocide te stoppen.
Wij willen ons distantiëren van elke vorm van medeplichtigheid - ook via donaties en partnerschappen - die bijdraagt aan dit geweld. Dat er nog handel wordt gedreven met de illegale nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever vinden wij onacceptabel.
In Gouda voelen veel mensen wanhoop en frustratie over het geweld in Palestina dat zij dagelijks via media binnen zien komen. Dit uit zich in verdriet en angst, in meer grimmigheid en oplopende spanning en discriminatie in de stad.
Wij roepen onze regering opnieuw op om:
- de mensenrechten die Nederland zo hoog in het vaandel heeft daadwerkelijk te eerbiedigen en uit te dragen;
- onze inwoners het vertrouwen te geven dat Nederland wel degelijk de kant van recht en rechtvaardigheid kiest;
- de afschuwelijke oorlogsmisdrijven die gepleegd worden onverbiddelijk te veroordelen;
- de staat Palestina officieel te erkennen.